Drie federaties, één doel

Interfederale Coördinatiecel probeert tijdens coronacrisis orde in de chaos te brengen

Belgian Cycling werkt al sinds de oprichting van Cycling Vlaanderen en FCWB nauw samen met haar beide vleugels. De coronacrisis maakt dat onderling overleg alleen maar intenser. De Interfederale Coördinatiecel probeert continu een vorm van orde te brengen in de chaos die het Covid 19-virus veroorzaakt.

Natuurlijk werd er in het verleden voortdurend over en weer gekoppeld tussen de coördinatoren van de drie federaties over onderwerpen van allerlei aard. Maar de oprichting van een overlegorgaan dat zich specifiek bezighoudt met de ravage die het opsteken van het coronavirus aanricht in het wielrennen is een primeur. En hoognodig, want het blijft jammer genoeg nieuwe maatregelen – lees: de afgelasting van alle wedstrijden, stages en recreatieve evenementen – regenen.

“De Interfederale Coördinatiecel werd in het leven geroepen, omdat er de noodzaak was om dringende beslissingen te nemen”, legt Jos Smets, directeur van Belgian Cycling, uit. “De UCI is bevoegd voor alle wedstrijden die op de internationale kalender staan, de Coördinatiecel heeft ook de supervisie over de koersen die een nationale of regionale status hebben. We spelen echt zo kort mogelijk op de bal, omdat het geen zin heeft de organisatoren van koersen die mogelijk getroffen worden onnodig lang in spanning te houden. Tegelijk willen we ook de renners zo snel mogelijk duidelijkheid bieden. Bij het opmaken van hun trainingsschema’s is het ook voor hen goed te weten dat hun eerstvolgende wedstrijd mogelijk pas over een paar weken zal plaatsvinden. We waren er vlug bij om een competitiestop af te kondigen tot en met 30 april. En op 3 april verlengden we die maatregel al, tot en met Pinkstermaandag (1 juni). Met de dood in het hart, maar iedereen is gebaat bij duidelijkheid.”

Protocol

De dienst in de Interfederale Coördinatiecel wordt uitgemaakt door afgevaardigden van de drie federaties. Jos Smets: “We staan voortdurend met mekaar in contact via teleconferentie, omdat we de lijnen zo kort mogelijk willen houden. We proberen oplossingen te zoeken voor koersen die in het voorjaar werden afgelast, en proberen de geschrapte kampioenschappen een nieuwe plaats te geven op de kalender. Er is dus voortdurend overleg met de getroffen organisatoren. Om een en ander zo vlot mogelijk te laten verlopen is er een bepaalde werkwijze – een protocol, zeg maar – afgesproken. Iedereen zet de schouders onder dit initiatief. Zo is het mooi te merken dat ook de communicatie gestroomlijnd verloopt. Als er beslissingen worden genomen, worden die door de communicatiediensten van de drie federaties gelijktijdig meegedeeld, in een gezamenlijk communiqué. Dat mag duiden op het belang van de strijd die we momenteel met zijn allen voeren. Die samenwerking beperkt zich trouwens niet alleen tot het (opnieuw) samenstellen van de kalender. Ook wat de afgelasting van de gezondheidssessies voor de junioren, het annuleren van alle provinciale kampioenschappen (in alle categorieën en voor alle disciplines), het verlengen van het seizoen (U15, regionaal, nationaal, internationaal), het schrappen van alle recreatieve activiteiten en de nationale en regionale trainingen betreft zaten we met zijn allen meteen op dezelfde golflengte.”

Opmerkelijk: in de Interfederale Coördinatiecel kreeg ook Eddy Lissens, veldritcoördinator van Belgian Cycling en Cycling Vlaanderen, een zitje. “Logisch”, volgens Jos Smets. “Niet alleen omdat Lissens deel uitmaakt van de Wegcommissie, ook omdat we het slot van het wegseizoen hebben opgeschoven naar eind oktober. Dus bestaat de kans dat wegwedstrijden in conflict zullen komen met bepaalde veldritten.”

Andere datum topklassiekers

Volgens Jos Smets zijn er al een aantal Belgische topklassiekers die voor 2020 een alternatieve datum hebben aangevraagd. Dat gebeurt in eerste instantie via Belgian Cycling. “Op vraag van de UCI hebben wij contact genomen met de organisatoren, met de vraag of ze de verplaatsing van hun wedstrijd zien zitten. Hun antwoord geven wij door aan de Internationale Wielerunie. De uiteindelijke beslissing over welke wedstrijd waar op de kalender belandt wordt in het hoofdkwartier in het Zwitserse Aigle genomen. Ook de contactname met de organisatoren verloopt via een vooraf afgesproken procedé. De nationale commissie neemt contact op met de verantwoordelijken van de wedstrijden die op de internationale en nationale kalender staan. De provinciale afdelingen contacteren de verantwoordelijken voor de regionale wedstrijden. Via die kanalen wordt beslist of er wordt overgegaan tot een volledige afgelasting. Is dat niet het geval, dan wordt er naar een nieuwe datum gezocht. Eenvoudig is dat allemaal niet, want de nood is overal hoog. De situatie ziet er echt niet goed uit. Maar veel meer dan een luisterend oor en tonnen begrip kunnen wij momenteel jammer genoeg niet bieden.”

Tekst: Guy Vermeiren
Foto’s: Photo News, Marc Van Hecke